Home » Projecten » Laserscanning archeologisch onderzoek Philips van Kleef-bolwerck

Laserscanning archeologisch onderzoek Philips van Kleef-bolwerck

In 2014 en 2015 heeft in Ravenstein archeologisch onderzoek en bouwhistorisch onderzoek plaatsgevonden in het voormalige bastion Famars, onderdeel van de vestingwerken Ravenstein. Het gaat om een voor Nederland onbekend type bastion naar vroeg-Italiaans voorbeeld, dat inmiddels de naam `Philips van Kleef-bolwerck’ heeft gekregen, naar de naam van de oorspronkelijke bouwheer. Vernieuwend was de documentatiemethode die de gemeente verlangde: 3D-laserscanning.

3D laserscanning is een meettechniek die ook wordt gebruikt in het tv-programma ‘Time Scanners’ van National Geographic. In Nederland is het al toegepast bij de opgraving van het Domplein in Utrecht en de documentatie van de Armenhoef in Best.

Aanleiding archeologisch onderzoek vestingswerken Ravenstein

Aanleiding voor dit onderzoek was de ontdekking van een omvangrijk stelsel van muren en gangen onder dit voormalige bastion, door de emeritus hoogleraar Martin Jan van Mourik. In zijn achtertuin, die het volledige oppervlak van het zeventiende-eeuwse bastion beslaat, bleek uiteindelijk een nog zeer gaaf bewaard ouder vestingwerk uit de Renaissance aanwezig te zijn. Het Philips van Kleef-bolwerck is una grande Novità; een belangrijke vernieuwing voor de Nederlandse vestingbouw van die tijd.

Leestijd: 13 minuten. Dit artikel over het Philips van Kleef-bolwerck is eerder verschenen in ARCHEObrief, het vakblad voor Nederlandse archeologie, jaargang 19, nummer 4. Auteurs: Eric van der Kuijl, Jeroen Pelser en André Viersen.

PDF artikel Archeobrief december 2015 over Philips van Kleef-bolwerck
Het originele artikel in Archeobrief december 2015. Klik op de afbeelding om de pdf te downloaden.

Archeologisch onderzoek vestingwerken Ravenstein

Graafwerkzaamheden in de periode 2012 tot 2015 hebben aan het licht gebracht dat binnen het terrein van het aarden bastion Famars uit 1621 omvangrijke restanten van oudere voorgangers liggen. De ontdekking van een zestiende-eeuws gangenstelsel was aanleiding voor opgravingen, waarbij ook een niet afgebouwde fase onder bastion Famars aanwezig bleek. Deze kwam aan het licht bij het uitgraven van het schootsveld van het Philips van Kleef-bolwerck in de zomer van 2015.

archeologisch onderzoek 3D scanning Philips van Kleef-bolwerck
3D laserscanning door PelserHartman bij archeologisch onderzoek opgraving Philips van Kleef-bolwerck Ravenstein.

Bolwerk naar oud-Italiaans model

Het dieper gelegen zestiende-eeuwse vestingwerk blijkt een bolwerk naar oud-Italiaans model te zijn. Dit bolwerk bestaat uit stenen ruimten, overdekt met aarde om de muren te beschermen tegen kanonvuur. Het vestingwerk omvat twee kazematten met in het midden een grote ovale verblijfsruimte, waarvan de ingang al in 1988 is blootgelegd. Het geheel was oorspronkelijk grotendeels omgeven door een ter plaatse niet meer herkenbare, na 1544 gedempte stadsgracht. Tijdens de aanleg van het vestingwerk was Philips van Kleef de baas in de soevereine heerlijkheid Land van Ravenstein. Hij leefde van 1456-1528 en noemde zich van 1492 tot zijn dood `heer van Ravenstein’. Van 1499 tot 1506 was hij namens Frankrijk tevens gouverneur van Genua, zodat aannemelijk is dat hij in Italië de inspiratie opdeed voor de vernieuwing van de fortificatie van Ravenstein. Om het vestingwerk te kunnen onderscheiden van het bastion Famars heeft het de naam Philips van Kleef-bolwerck gekregen.

Philips van Kleef-bolwerck: toevallige ontdekking

Pointcloud archeologisch onderzoek Philips van Kleef bolwerck
Ruwe pointcloud (geen foto!) van de schietkoker van de oostelijke kazemat. De individuele meetpunten geven een zeer gedetailleerde weergave van de werkelijke situatie.

De aanleiding voor de opgraving was een ontdekking bij het graven van een zinkput in 1988 door Van Mourik. Hij stuitte bij toeval op twee parallel lopende, 4 meter diep reikende muren, die met elkaar verbonden waren geweest door een tongewelf. De overwelfde gang leek de toegang te zijn tot een grotere overwelfde ruimte, waarvan de gewelfaanzetten eenzijdig zichtbaar waren. De autoriteiten kwamen na een melding een kijkje nemen en waren aanvankelijk niet bijzonder geïnteresseerd in de vondst. Het zou volgens de dienstdoende ambtenaar gaan om bij het bastion Famars behorende werken. Het advies luidde mooie foto’s te maken en daarna de stenen resten weer onder de aarde te laten `verdwijnen’.

Van Mourik volgde dit advies, maar kon zijn vondst niet loslaten. De aan het daglicht gebrachte toegang behoorde naar zijn gevoel niet bij een aarden bastion naar oud-Nederlands model. Na zijn pensioen zette hij toch weer de schop in de grond, strijdig met de heersende opvatting in de archeologische monumentenzorg, waarbij men vooral inzet op behoud in situ. Hij stuitte op een forse muur met ronding, voorzien van een gewelfaanzet. Tot de nieuwe ontdekkingen behoorde onder meer een onderaardse overwelfde ruimte. Van Mourik zocht hierop contact met het bestuur van Stichting Menno van Coehoorn. Dit leidde tot een afspraak om de aangetroffen resten te laten inspecteren door een specialist. Van Mourik staakte zijn eigengereide graafwerk, richtte vervolgens Stichting Vestingwerken Ravenstein op.

Inschakelen professionals archeologische opgraving vestingswerken Ravenstein

Archeoloog Eric van der Kuijl van Hamaland Advies werd namens de Monumenten Advies Commissie van Stichting Menno van Coehoorn naar Ravenstein gestuurd en constateerde dat er sprake moest zijn van een groot verdedigingswerk dat nader onderzoek verdiende. De professionalisering leidde, in goed overleg met de gemeentelijk archeoloog, drs. R. Jansen van de gemeente Oss, tot legalisering van hetgeen vanaf 1988 was geschied, op voorwaarde dat de archeologische vindplaats volgens de geldende richtlijnen conform gedocumenteerd zouden worden. Dit hield in dat er eerst een bureauonderzoek verricht zou worden naar de historie van het verdedigingswerk en er een gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel zouden worden opgesteld, dat daarna voorwoord zouden worden in een Programma van Eisen. Dit Programma van Eisen zou dan de leidraad zijn voor het nog uit te voeren proefsleuvenonderzoek.

Orthofoto archeologisch onderzoek Philips van Kleef bolwerck
Perfect haaks aanzicht van de schietkoker van de oostelijke kazemat. Orthofoto op basis van 3D-laserscandata.

André Viersen van Utrecht werd bij het project betrokken als bouwhistoricus. Een eis van de gemeente was tevens dat het reeds door Van Mourik vrij gelegde muurwerk met ingemeten zouden worden voor reconstructie. In overleg met Viersen werd bepaald dat 3D scanning het beste middel was om het project te meten. PelserHartman werd benaderd voor het scanwerk. 3D-scanning is nog nieuw binnen archeologie en bouwhistorie, maar heeft direct zijn grote voordelen getoond door overzicht te geven over het hele terrein. Het was zo makkelijker verbanden te leggen en vermoedens te bevestigen. Omdat de laserscan elke vierkante millimeter in 3D documenteert, zal de techniek zijn meerwaarde ook nog in latere fases bewijzen.

Reconstructie archeologisch onderzoek met laserscanning

Uitleg opbouw schietkoker Philips van Kleef bolwerck
Het uiteinde van de schietkoker van de oostelijke kazemat gezien vanuit het oosten. De overwelving van de koker bestaat uit twee boven elkaar geplaatste segmentbogen (A en B). Bij C is alleen een enkele boog zichtbaar. Dit houdt verband met het sloopwerk bij de ontmanteling van de vestingwerken in 1544. Ter plaatse is ook het bovenste deel van het gewelf verwijderd. Meer naar achteren – hier aan het zicht onttrokken door het grondpakket – is het gewelf wel op de volle dikte behouden. Bij D zijn de onderste hardstenen blokken van de omlijsting van de schietkoker zichtbaar.
Onder het water, en dus niet te zien, is de onderzijde van de schietkoker bewaard gebleven (E). De hardstenen blokken zijn door middel van ijzeren krammen met elkaar verbonden. Hogerop, bij F, is in het metselwerk de aftekening van de verwijderde hardstenen blokken zichtbaar. Tegen het metselwerk van de schietkoker is een smalle, onregelmatig gemetselde, muur aangetroffen (G), die verder naar het oosten zal hebben doorgelopen.

Beschrijving archeologische vondst vestingwerken Ravenstein

De vondst is in één bouwfase opgetrokken in een relatief hard gebakken oranje baksteen, met een steenmaat van 28 à 29 bij 12 à 14 bij 6 à 7 centimeter. Voor het metselwerk is tras (schelpenzand) en kalkmortel toegepast. In het bolwerk is een vloer van bakstenen aanwezig. Het vestingwerk was verder van twee in baksteen uitgevoerde kazematten voorzien. Deze kazematten zullen 10,8 bij 3,4 meter groot zijn geweest en waren onderling verbonden door een overwelfde ruimte met een enigszins ovale plattegrond. De centrale ruimte was toegankelijk door middel van een ongeveer 2,5 meter brede gang met tongewelf in de richting van de keel van het bastion. De toegang naar de centrale ruimte vanuit deze poterne kon met een deur of hek worden afgesloten.

Resultaten onderzoek

Op basis van de resultaten van het uitgevoerde proefsleuvenonderzoek is gesteld dat binnen het voormalige bastion Famars sprake is van een uitzonderlijk gaaf bewaard gebleven kazemat uit de renaissance, die in 1621 overbouwd is met bastion Famars. Nader onderzoek in 2015 wijst uit dat in 1621 weliswaar opdracht is gegeven tot de bouw van het bastion, maar dat de afronding van het werk na 1626 heeft plaatsgevonden. De aangetroffen muren van de kazematten zijn ongeveer een meter dik. De kazematten en de centrale ruime waren overkluisd met segmentboogvormige bakstenen gewelven. Die gewelven zijn bij de ontmanteling grotendeels ingezakt maar deels nog aanwezig. Het bolwerk was voorzien van een aarden dekking.

Volledig gave gemetselde geschutstrechter

Vóór het schietgat van de oostelijke kazemat is een volledig gave gemetselde geschutstrechter aangetroffen van bijna 6 meter lang. Deze was noodzakelijk vanwege de aarden dekking van het bastion. Van de noordelijke kazemat is alleen het zuidelijke deel van de oostmuur ontgraven. Het noordelijke deel bevindt zich onder het tuinhuis van de familie Van Mourik. Bij de opgraving bleek dat de westelijke muur van de kazemat tot op grote diepte was weggebroken. De oostelijke muur met nis is gespaard gebleven.

Datering Philips van Kleef-bolwerck

Onder de buitenmuur van het vestingwerk troffen de archeologen een eikenhouten funderingsbalk aan. Een houtmonster hiervan is dendrochronologisch gedateerd. Bij een dendrochronologische datering wordt de ouderdom van hout bepaald aan de hand van het jaarringpatroon. Hieruit kwam naar voren dat het hout voor deze balk in 1509 geveld is. Het vestingwerk zal dus in 1509 of in 1510 gebouwd zijn.

Zuidelijke onderzoeksgebied

In het zuiden van het onderzoeksgebied is muurwerk aangetroffen van de geschutstrechter. Hier tegenaan ligt een aarden wal. Van de kanonskelder zelf is ook een muur gevonden. Deze heeft een schietgat met hardstenen deurlijst. Aan weerszijden van het schietgat zijn twee ijzeren deurhengsels aangebracht, waarin oorspronkelijk een stalen luik of deur gehangen heeft. De kanonskelder was daardoor afsluitbaar. De buitenzijde van de opening is voorzien van een hardstenen lijst, bestaande uit iets rond lopende blokken Namense hardsteen, die met ijzeren klampen aan elkaar zijn gezet. Deze blokken grenzen aan de oorspronkelijke waterlijn van de stadsgracht. Hierin zijn de uitbraaksporen zichtbaar van de blokken Namense hardsteen, waarmee de randen aan de buitenzijde van de geschutstrechter oorspronkelijk bekleed waren. Halverwege bevindt zich een grote V-vormige uitsparing, waarin oorspronkelijk een sluitsteen bevestigd moet zijn geweest. Aan de buitenzijde van de zuidelijke kanontrechter bevindt zich een gemetselde één-steens dikke muur over een lengte van 1 meter en een resthoogte van maximaal 70 centimeter.

Onderscheid bastion Famars en Philips van Kleef-bolwerck

Om onderscheid te maken tussen het zeventiende-eeuwse aarden bolwerk Famars en de onderzochte resten van het oudere bolwerk, wordt voor de laatste de naam Philips van Kleef-bolwerck aangehouden. Het Philips van Kleef-bolwerck is een bijzonder object. Het is een van de vroegste bastions in Nederland op basis van Italiaanse ideeën. Voor het schietgat van de oostelijke kazemat is een gemetselde schietkoker aangetroffen van bijna 6 meter lang. Opvallend is dat het gewelf een vrij vlakke boog heeft. Het geschut zal in een relatief horizontale positie gebruikt zijn, wat de reikwijdte zal hebben verminderd. De geschutstrechter zal het geschut bescherming hebben geboden tegen vijandelijk vuur, maar zal ook het schootsveld sterk hebben beperkt. Er zijn duidelijke aanwijzingen dat tijdens de uitvoering een wijziging van het ontwerp heeft plaatsgevonden. De oostwand met schietkoker van de oostelijk kazemat is al tijdens de bouw iets verschoven, zodat het schootsveld van het geschut een sterker flankerende werking zou krijgen ten opzichte van de aansluitende courtine.

Plattegrond orthofoto Philips van Kleef bolwerck vestingwerken Ravenstein
Plattegrond van opgravingen vestingwerken Ravenstein, getekend door A. Viersen van BBA op basis van een orthofoto van PelserHartman. In rood aangegeven is het bij de opgraving in 2014 vrijgelegde metselwerk. Het in 2008 ontgraven metselwerk is in oker aangegeven. Dit metselwerk is gereconstrueerd aan de hand van de indertijd gemaakte foto’s, die voor zover mogelijk zijn gekoppeld aan het ingemeten muurwerk.

Het Philips van Kleef Bolwerck in internationaal perspectief

Rond 1500 beleefde de vestingbouw in Italië belangrijke ontwikkelingen. Door de toepassing van buskruit en kanonnen waren de stenen verdedigingswerken, zoals muren en torens, niet meer bestand tegen zware aanvallen. Ter bescherming werden de stenen bolwerken daarom afgedekt met aarde. Vanuit geschutskelders in de `keel’ werden de muren flankerend gedekt. Philips van Kleef legde grote belangstelling aan de dag voor de oorlogsvoering te land en ter zee. Hij schreef er zelfs een befaamde verhandeling over: Instruction de toutes manières de guerroyer tant par terre que par mer.

Beschrijving Philips van Kleef Bolwerck

Het in Ravenstein aangetroffen bolwerk is een stenen bouwwerk met de kenmerken van Italiaanse vestingbouw uit de Renaissance. Het gebruik van kazematten met geschutstrechters en een dekking van aarde past in de technologische ontwikkelingen van de late vijftiende eeuw, als antwoord op de vuurkracht van het moderne geschut. Als oplossing voor de traditionele middeleeuwse vestingbouw werden belangrijke vernieuwingen toegepast afkomstig uit het Italiaans vestingstelsel, zoals vooruitgeschoven bastions om de ongedekte flanken of muren tussen de muurtorens te dekken en aarden verdedigingswerken ter vervanging van de stenen rondelen. Vaak ook werden stenen muurtorens gedeeltelijk afgebroken en verlaagd om er rondelen van te maken, die vervolgens bedekt werden met aarde om de impact van de vijandige kogels te kunnen smoren.

Oplossing dode hoek torenbastion

Echter, bij de torenbastions bleef een dode hoek over die niet vanaf de aangrenzende geschutsplatforms kon worden verdedigd. Om deze reden werd in Italië een bastion ontwikkeld dat bestond uit een stompe driehoekige vorm die door middel van twee korte muurstukken de zogenoemde flanken met de muur werd verbonden. In deze flanken stonden lichte kanonnen opgesteld, vaak op meerder beschutte niveaus (kazematten). De flanken werden terugspringend in het bastion aangebracht. Het geschut kreeg vaak extra bescherming door de ronde of veelhoekige overgang (schouder of orillon) van de schuine voorzijden van het bastion naar de flanken.

Vroegst bekende voorbeeld Italiaans bastion Nederlanden

Rond 1515 worden deze bastions in Italië voor het eerst opgenomen in ommuringen van steden. Het bolwerk in Ravenstein is vooralsnog het vroegst bekende voorbeeld van de toepassing van een Italiaans bastion in de Nederlanden. Met zijn begindatering van 1509 of 1510 is Ravenstein een uitzonderlijk vroeg voorbeeld van een dergelijke ontwikkeling, waarbij echter niet zeker is of het bastion ook daadwerkelijk opgenomen is geweest in de stadsommuring, of dat het gaat om een vooruitgeschoven bastion dat als eerstelijns verdediging heeft gefunctioneerd. Deze wijze van verdedigen is wereldwijd tot ver in de negentiende eeuw toegepast.

Archeologisch onderzoek met 3D-laserscanning

Laserscan archeologisch onderzoek schietkoker Philips van Kleef bolwerck
Ruwe, ongekleurde meetdata van de schietkoker. De zwart-witte schijven worden gebruikt om alle losse 3D-scans nauwkeurig aan elkaar te koppelen tot een grote pointcloud.

De opgraving is met 3D-laserscanning in kaart gebracht. Dezelfde technologie wordt gebruikt in de documentaireserie `Time Scanners’ van National Geographic; het is hier zelfs met dezelfde apparatuur gedaan. 3D-scanning heeft eerder bij projecten als het Domplein en de Armenhoef  zijn waarde bewezen. In het geval van het Philips van Kleef-bolwerck boden de scans een totaaloverzicht. Het ging hier om vier verschillende blootgelegde stukken onderdeel van dezelfde structuur verspreid over een tuin van 70 are groot. Ter plekke was de samenhang van deze delen niet direct vanzelfsprekend, maar de gekoppelde scans van de blootgelegde onderdelen maakte veel duidelijk voor de reconstructie.

3D scannen uitgelegd

3D scannen maakt het mogelijk om bestaande situaties geheel tot in detail vast te leggen door 360° rond te meten met bijna een miljoen punten per seconden. Elke millimeter in de omgeving wordt hiermee omgezet in meetpunten, die samen een puntenwolk van vele miljoenen punten opleveren. Er zijn in het geval van Ravenstein fotorealistisch gekleurde pointclouds gemaakt door scans aan te vullen met HDR-fotografie. Uit deze data zijn een bovenaanzicht van het hele gebied en zeven doorsneden van het vestingwerk geproduceerd.

Voordelen 3D scannen archeologie

De onderzoekers kregen ook een scanviewer tot hun beschikking waarmee later op kantoor details nader konden worden bekeken en aanvullende metingen konden worden gedaan. Verder zijn de 3D-scans later ook goed te gebruiken voor publiekspresentaties. Gemak speelt ook een rol. De geschutskoker op het bolwerk loopt taps toe en is aan het einde maar een meter hoog. Op die plek meten is verre van comfortabel, waardoor de details toch minder goed worden vastgelegd. En dat de baksteenlijnen in dit geval niet waterpas lopen, valt in die nauwe, donkere koker minder goed op dan wanneer de scandata rustig achter een bureau worden bestudeerd.

3D scan vervangt veel tekenwerk

Omdat 3D-scannen alle data vastlegt, verdwijnt de noodzaak om te tekenen. Niet alles hoeft te worden getekend wanneer er wordt gewerkt met high-end scandata. De juiste software kan orthofoto’s genereren van hoogwaardige gekleurde pointclouds. Orthofoto’s zijn zuivere orthogonale aanzichten van de pointcloud op schaal. Een orthofoto kan worden gebruikt als onderlegger voor het tekenen van het (boven)aanzicht van een terrein of object, maar zelf tekenen is nu niet eens meer nodig.

Orthofoto’s zijn erg waardevol in archeologie en bouwhistorie, omdat een slimme automatisering het dure, onnauwkeurige schetsen vervangt. De mensen in het veld kunnen zich dan richten op het belangrijke werk: analyse en interpretatie. Wanneer de laserscan op de juiste manier is gemaakt, is het vervaardigen van orthofoto’s erg goedkoop; vaak vele malen goedkoper dan handmatig tekenen en fotograferen. PelserHartman heeft voor dit project een werkmethode ingezet die handmatig overtekenen overbodig maakt. Orthofoto’s zijn daarin al de complete documentatie. Ook wanneer een schematische tekening gewenst is, bijvoorbeeld om aantekeningen op te maken, is er een automatisering bedacht die snel een lijntekening genereert van elk mogelijk aanzicht.

Toekomstplannen

De in 2012 opgerichte Stichting Vestingwerken Ravenstein (SVR) ging in 2014 een nieuwe fase in. Besloten werd het vestingwerk voor de verre toekomst herkenbaar en beleefbaar te maken. Architect Maurits Cobben werd belast met de vormgeving van het project. In grote lijnen bestaat dat uit het met metselwerk conserveren van het front van de geschutskelder, het zichtbaar maken van de contouren van het schootsveld en van de bijbehorende stadswal. Daarnaast wordt de kazemat met glasplaten bedekt om deze te onttrekken aan weersinvloeden, maar toch zichtbaar te houden. In juli 2015 is gestart met het onder archeologische begeleiding uitgraven van het voormalige schootsveld en de restauratie van het front van de geschutstrechter van het voormalige verdedigingswerk. Het bestuur van de stichting hoopt het project dit najaar te realiseren.

NIEUWSTE PROJECTEN

Het Spookslot in 3D vereeuwigd

Met veel plezier kunnen we eindelijk het grote nieuws met jullie delen! Het Spookslot wordt met een unieke 3D beleving vereeuwigd in de metaverse. Samen met de Efteling en Boldly-XR hebben we een ongekende 3D-ervaring gecreëerd die het iconische gebouw tot leven brengt. Een unieke samenwerking! Sinds 1978 was het Spookslot een geliefd onderdeel van de Efteling, maar de tand des tijds heeft ervoor gezorgd dat het plaats gaat maken voor een nieuw spookachtig themagebied. Omdat de Efteling bekendstaat om haar creatieve sprookjes en attracties die van generatie op generatie beleefd kunnen worden, is besloten door de Efteling om het Spookslot digitaal te vereeuwigen. Hierdoor is deze ervaring ook toegankelijk voor toekomstige generaties.

Capturing Reality

Capturing Reality is vaak de opgave binnen PelserHartman. Maar dan wel écht de werkelijkheid vastleggen in miljarden coördinaten. Regelmatig doen we dit voor monumentale complexen en ander erfgoed. Van Anne Frank huis tot het Binnenhof. We zoeken graag actief de samenwerking op om Nederlands meest bijzondere objecten in te scannen. Gewoon omdat het supergaaf is om bijzondere gebouwen 3D in te meten en te documenteren voor het nageslacht. De Efteling had al plannen om het Spookslot te vereeuwigen. Dat was een perfecte match met onze zoektocht naar een bijzonder project voor 2022.

3D laserscanning van de buitenzijde van het Spookslot (Foto: Efteling)

Een unieke en niet eerder vertoonde ontwikkeling

De Efteling maakt voor het eerst een attractie zichtbaar in de ‘metaverse’ en vereeuwigt daarmee het Spookslot met een unieke 3D beleving. Iedereen kan straks in deze metaverse om het attractiegebouw heen lopen. Medewerkers van de Efteling krijgen een NFT waarmee zij toegang krijgen tot de binnenzijde. Deze ‘non-fungible tokens’ zijn uniek en niet vervangbaar.

3D laserscan komt tot leven

Het PelserHartman-team legde met 3D scantechnologie het Spookslot tot in detail vast net voor de sloop. Dit inmeten gebeurde met high-end 3D laserscanners die twee miljoen meetpunten per seconde maken. Ook maakten we foto’s waardoor er gekleurde puntenwolken, oftewel pointclouds, ontstaan. Het maken van de onderliggende 3D meetdata vereiste het gebruik van de nieuwste technieken. Voor het Spookslot voerden we samen met Boldly-XR een uniek technologisch hoogstandje uit. Boldly-XR verwerkte onze scandata. Ze zijn gespecialiseerd in het creëren van realtime, meeslepende 3D- en AR-ervaringen. Zij hebben de scan omgezet in een prachtige en immersieve 3D-ervaring in de metaverse.

De high-end 3D laserscanner meet met twee miljoen punten per seconde de binnenzijde van het Spookslot

Spookslot digitaal vereeuwigd

We zijn zeer dankbaar dat we op onze eigen manier hebben kunnen bijdragen aan het behoud van het Spookslot. Dit is een iconisch gebouw geweest met een bijzondere betekenis voor heel veel mensen. Door het te vereeuwigen in de metaverse, wordt ervoor gezorgd dat deze betekenis ook behouden blijft voor toekomstige generaties. De NFT garandeert de exclusiviteit van dit project.

Laat jouw bijzondere object kosteloos inscannen

Heb je zelf een zeer speciale opgave of een tof idee? Dien dan een voorstel bij ons in! Eens per jaar kiezen wij een project uit en gaan we de samenwerking aan. Kosteloos, als jij tenminste een leuke tegenprestatie kunt bedenken. Wij gunnen ons team namelijk graag de ruimte en het plezier om zeer bijzondere objecten in te scannen “gewoon omdat het kan en leuk is!”. Soms om een goede relatie te helpen, of als vrijwilligerswerk en soms gewoon omdat het supergaaf is om bijzondere gebouwen 3D in te scannen en te documenteren voor het nageslacht.

Heb je een zeer bijzonder project? Neem dan contact met ons op!

3D laserscanning voor renovatie Château St. Gerlach

Voor de renovatie van Château St. Gerlach heeft PelserHartman het monumentale kasteel ingemeten met 3D laserscanapparatuur voor Zoom Industries. Op basis van deze nauwkeurige 3D inmetingen zijn plattegrond-, doorsnede- en geveltekeningen gemaakt. Deze tekeningen vormen de basis voor de renovatieplannen van het Château. Alle betrokken partijen maken gebruik van dezelfde basisinformatie waardoor de kans op (communicatie) fouten verkleind wordt.

Pointcloud PelserHartman
Ongekleurde pointcloud van Château St. Gerlach

3D laserscanning kastelen en landgoederen

De maatvoering van een oud kasteel zoals Chateau St. Gerlach in Valkenburg is vaak niet te herleiden vanuit de aanwezige archieftekeningen. Vroeger werden zaken vaak ter plekke in het werk bepaald en uitgevoerd. En al helemaal niet meer op een bouwtekening – als deze er al was – bijgewerkt. Oftewel, men deed niet aan revisie.

Ongekleurde Pointcloud
Doorsnede van een ongekleurde puntenwolk

Het is zo goed als onmogelijk kastelen en landgoederen met de hand (na) te meten. Niet alleen vanwege scheefstanden en schuinten, maar natuurlijk ook vanwege de omvang. Daarom hebben we dit prestigieuze kasteel met 3D laserscanning technieken ingemeten. Het resultaat uit een laserscanner is een pointcloud. Een wolk van meetpunten.

Pointcloud als onderlegger voor 2D tekenwerk

Niet alle betrokken partijen kunnen werken met pointclouds. Daarom hebben we op basis van de pointcloud 2D tekeningen gemaakt van de plattegronden en gevels. Daarnaast hebben we ook enkele doorsnede tekeningen gemaakt.

2D gevelaanzicht
2D gevelaanzicht op basis van pointcloudinformatie

Meer weten over scannen en 2D tekenen of 3D modelleren?

Wil je meer weten over 3D laserscanning en modelleren met pointclouds? Lees dan verder op de speciale portaalpagina 3D scannen en modelleren. Vandaaruit kun je weer doorklikken naar verschillende onderwerpen rondom het scannen en werken met pointclouds. Ook vind je daar knoppen die toegang geven tot formulieren waarmee je offertes kunt aanvragen. Heb je al een project en wil je meteen een offerte aanvragen? Dat kan via de knop hieronder.

BIM model Museum Catharijneconvent Utrecht

Museum Catharijneconvent koos PelserHartman uit om het Utrechtse museum in kaart te brengen. We zijn blij dat we dit mooie complex mogen toevoegen aan onze ‘collectie’ musea. Natuurlijk trokken we graag weer alles uit de kast voor dit bijzondere project. Onze scanoperators en 3D-modelleurs waren afgelopen maanden hard maar enthousiast aan het werk. Ze maakten betrouwbare pointclouddata met high-end laserscanners en een BIM model LOD300. We bedanken het museum en Anja In ’t Velt – de Groot voor het gestelde vertrouwen.

3D BIM model LOD300 van Museum Catharijneconvent in Utrecht

Samen een goed doordacht plan maken

In februari dit jaar maakten we het plan om het monumentale museumcomplex in kaart te brengen. Dit deden we natuurlijk in nauwe samenwerking met de mensen van het museum. Hierbij staat het einddoel bij ons altijd centraal; datgene doen en maken dat nodig is voor plannenmakers en de ontwerpende partijen. Het BIM model moest de goede basis zijn voor bureau KAAN Architecten.

Gekleurde pointcloud van Museum Catharijneconvent in Utrecht

3D scans en viewers als basis

Begin maart startten de scanwerkzaamheden en eind mei kon het 3D model worden opgeleverd. Het werk bestond uit verschillende onderdelen die op verschillende manieren werden uitgewerkt. De basis-inmeting werd uitgevoerd met Leica-scanners. Dit leverde nauwkeurige coördinaten in de vorm van een puntenwolk. Daarnaast maakten we foto-opnamen tijdens het scannen waardoor een gekleurde pointcloud gemaakt kon worden. Deze data werd ook gebruikt voor het maken van 360-graden panorama foto’s en twee verschillende 3D viewers.

Een 3D BIM REVIT model als eindproduct

Maar het grootste en belangrijkste eindproduct was het 3D REVIT model dat gemaakt werd op het detailniveau LOD 200 waarbij de monumentale gevels werden uitgewerkt op het niveau LOD 300. Met de twee verschillende viewers konden zowel de pointclouddata als ook de bolfoto’s, online en offline bekeken worden. Het betreft hier de viewers Leica Jetstream en Cyclone Enterprise.

Ongekleurde pointcloud van Museum Catharijneconvent in Utrecht

Een nieuw ontwerp voor het museum

Museum Catharijneconvent besloot in 2021 op zoek te gaan naar een architect voor een grootschalige verbouwing. Dit vanwege de groeiende belangstelling voor het museum en om het museum klaar te maken voor de toekomst. Met de verbouwing wil het museum een gedroomde nieuwe collectiepresentatie maken voor het onderwijs (samen met tentoonstellingsontwerper OPERA Amsterdam), meer tentoonstellingen presenteren, verduurzamen en niet in de laatste plaats het prachtige complex in de etalage zetten. KAAN Architecten is door het museum gekozen om het ontwerp te maken voor de verbouwing. Zij presenteerden, in een vol Tivoli Vredenburg, een visie waarin het monument en de nieuwe architectuur elkaar optimaal versterken. Het museum werkt momenteel aan de doorontwikkeling van het ontwerp.

Meer weten over scannen en modelleren?

Wil je meer weten over 3D scannen en modelleren met pointclouds? Lees dan verder op de speciale portaalpagina 3D scannen en modelleren. Vandaaruit kun je weer doorklikken naar verschillende onderwerpen rondom het scannen en werken met pointclouds. Ook vind je daar knoppen die toegang geven tot formulieren waarmee je offertes kunt aanvragen. Heb je al een project en wil je meteen een offerte aanvragen? Klik dan hier.

Monitoring beweging vier woontorens in Antwerpen

In dit project wordt een bestaande woontoren gerenoveerd door de toren te strippen tot de dragende betonnen constructie. De centrale kern wordt nadien verwijderd waardoor de bestaande appartementen los komen te staan, in de vorm van vier kleine torentjes. Tijdens de werkzaamheden is het essentieel de bewegingen van de overgebleven toren-elementen op te volgen: monitoring. Dit is zowel voor de veiligheid van de aanwezige arbeiders als om na afloop van de werken de eventuele scheefstand van de torens in kaart te kunnen brengen.

De kern wordt uit het bestaande woongebouw gesloopt.

PelserHartman stelt een alternatieve methode voor

PelserHartman is bij dit project ingeschakeld als specialist om een alternatieve methode te bedenken voor een methode met optische kabels enerzijds en een arbeidsintensieve inmeting van scheefstand met totalstation anderzijds. Op basis van ervaringen bij andere projecten heeft PelserHartman een systeem bedacht waarbij een makkelijker bevatbaar systeem van dynamische tiltmeting geïnstalleerd werd. Dit systeem kan verplaatsing, versnelling, trilling en temperatuur meten. Daarnaast bedacht PelserHartman om de scheefstandsmeting ook nog uit te voeren op basis van 3D scanning.

3D scanning voor monitoring scheefstand

Dit project vraagt een inmeting van de scheefstand op ongeveer 300 punten voor de afbraak van de oude kern en na afloop van de opbouw van de nieuwe kern. Deze moeten met elkaar vergeleken worden. PelserHartman heeft beslist om dit anders aan te pakken. Door een 3D scan van de toren te maken kan de scheefstand van alle dragende elementen eenvoudig bepaald worden. Als na afloop een nieuwe scan gemaakt wordt kunnen beide puntenwolken op elkaar gelegd worden om een verschil-analyse uit te voeren.

Ongekleurde pointcloud als nulmeting

De moeilijkheid bij de 3D scanning bestaat in het garanderen van de nauwkeurigheid van de gelijkvloerse verdieping tot de 16e verdieping op een hoogte van 45m. Om dit te garanderen wordt er een volledige ketting gescand met een Leica RTC360 door de centrale trappenhal waarbij elke even verdieping volledig gescand wordt. Door de open ramen kan er een verbinding met de hoger gelegen en lager gelegen verdieping gemaakt worden. Daarnaast worden op de middelste en bovenste verdieping targets gescand vanaf de betreffende verdieping. Deze targets worden ook vanaf de straat met een totaalstation ingemeten. Op deze manier wordt de nauwkeurigheid gecontroleerd. Het scannen van de buitenzijde gebeurt met de nauwkeurigste scanner op grotere afstand, een Leica P40.

Dynamische tiltsensoren om veiligheid te garanderen

Bij het wegbreken van de centrale kern ontstaat er een potentieel instabiele situatie. Het zou kunnen dat één van de vier resterende torendelen instabiel wordt onder invloed van de omgevingsomstandigheden zoals wind. Maar hij zou ook instabiel kunnen worden door het wegbreken van de centrale kern. Het is voor de veiligheid van de arbeiders ter plaatse essentieel dat zij indien nodig tijdig uit de toren geëvacueerd kunnen worden.

Sensordata

Er werden op drie verdiepingen telkens vier dynamische tiltsensoren aangebracht. Deze sensoren van onze partner StabiAlert meten met een tussentijd van enkele seconden verschillende factoren. Hieruit worden snelheid, versnelling, hoekverandering, trilling en temperatuur verkregen. Door bepaalde alarmwaarden toe te kennen aan de hoekverandering kunnen er per mail en/of SMS alarmen uitgestuurd worden of ter plaatse een alarmsignaal laten klinken.

Vastleggen grenswaarden

Het vastleggen van grenswaarden is het meest essentiële onderdeel. De grenswaarden kunnen pas bepaald worden als de natuurlijke beweging van het gebouw bekend is. Om de natuurlijke beweging van het gebouw te bepalen werd er eerst een nulmeting uitgevoerd gedurende twee weken. Op basis van die meting konden de grenswaarden bepaald worden.

Gedurende de maanden wijzigen de temperaturen. Hierdoor wijzigt ook de natuurlijke beweging van het gebouw in vergelijking met de referentieweek. De grenswaarden werden gedurende het project bijgesteld in overleg met de begeleidende ingenieur.

Video monitoring trillingen en scheefstand woontoren Antwerpen

Contact

Heb je een project waar je onze hulp bij kan gebruiken of wil je meer informatie? Neem dan contact met ons ons hoofdkantoor in Nederland of met de Belgische PelserHartman vestiging.

Contact kantoor ’s Hertogenbosch

Contact PelserHartman België

PH houdt zakking, scheuren en scheefstand Brusselse school continu in de gaten

In december 2020 werden in de Sint-Joris-basisschool te Brussel op een aantal plaatsen zorgwekkende scheuren vastgesteld. PelserHartman werd door de scholengemeenschap ingeschakeld om metingen uit te voeren om het probleem snel in kaart te brengen en eventueel verder op te volgen door monitoring. Al snel bleek dat er sprake was van een behoorlijke verzakking met scheefstand en scheurvorming tot gevolg. De Brusselse school wordt nu continu door ons in de gaten gehouden met tilt-sensoren en inclinometers.

Monitoren van scheefstand mét en zonder inclino- en tiltmeters

Zodra iets scheef lijkt te zakken, is het nuttig om meteen de scheefstand in te meten. Het éénmalig inmeten geeft informatie over de actuele situatie en de reeds opgetreden scheefstand. Het uitvoeren van meerdere metingen geeft informatie over de verandering van scheefstand. Hierdoor zien we of een gebouw in beweging is en steeds schever komt te staan.

Wanneer de veiligheid in het gedrang komt, zetten wij een continu systeem in. Hierbij wordt bij een onveilige situatie meteen een alarm uitgestuurd en kunnen er tijdig de nodige acties ondernomen worden. Dit was het geval bij de school in Brussel en daarom brachten wij een online monitoringssysteem aan bestaande uit tiltmeters.

Wil je meer weten over het monitoren van scheefstand met inclinometers? Lees dan verder op de pagina Meten en monitoren van scheefstand.

Deformatie-analyse als basis voor het monitoringsplan

PelserHartman voerde op basis van een werkbezoek onmiddellijk enkele noodzakelijke metingen uit. Zo werd een high-end 3D scan gemaakt van de voorgevel en de vloeren. Door middel van een deformatie-analyse ontstond snel een algemeen beeld van de vervorming.

Deze analyse werd uitgevoerd door van de puntenwolk een kleurenkaart te maken. Hierdoor werd de scheefstand van de voorgevel meteen goed zichtbaar. Daarnaast werd op basis van de puntenwolk een eenvoudige lijnentekening gemaakt waarop de hoogtes van alle raamdorpels ingetekend werden. Hiermee kon ook de historische zakking in kaart gebracht worden, er vanuit gaande dat deze raamdorpels ooit op dezelfde hoogte geplaatst werden. Beide analyses toonden een sterke vervorming, zowel wat betreft zakking als scheefstand. Op basis van deze resultaten kon er inzichtelijk gemaakt worden welke metingen aangewezen zijn om verder uit te voeren.

Automatische tiltsensoren om veiligheid te garanderen

Uit de deformatie-analyse bleek een relatief grote scheefstand. Kort na de eerste metingen werden er extra scheuren vastgesteld en kwamen er enkele stenen los uit de voorgevel. Hierop is onmiddellijk beslist om een systeem van tiltmeters te installeren die permanent de scheefstand van de voorgevel opvolgen. In dit geval installeerden we 3 tiltsensoren van het type WiSen tilt node. De meetdata wordt naar een online systeem doorgestuurd zodat de data in real time opgevolgd kan worden. Door een alarm te koppelen aan de meetdata kon in het geval van een problematische zetting de school onmiddellijk ontruimd worden.

Nauwkeurige zettingsmeting

Gelijktijdig met de installatie van de tiltsensoren werden onderaan de gevel 6 meetpunten aangebracht om de zakking van de voorgevel nauwkeurig op te volgen. Deze manuele meting werd maandelijks herhaald. Het risico zit niet in de zakking waardoor hier geen (duurder) automatisch systeem hoeft aangebracht te worden.

Extra metingen als aanvulling

Er werden in het gebouw nog enkele zeer sprekende vervormingen vastgesteld. Zo was de vloer op het gelijkvloers sterk vervormd en waren en grote scheuren aanwezig in muren van een klaslokaal op de tweede verdieping.  De vloeren van zowel de gelijkvloerse lokalen als van het klaslokaal op de tweede verdieping werden geregeld manueel ingemeten met een hoognauwkeurig totaalstation. Deze metingen geven aanvullende informatie aan constructeurs en stabiliteitsingenieurs om de gedragingen van het gebouw beter te begrijpen.

Eenvoudige scheurmeting

Er werden ook op enkele scheuren plastic scheurmeters aangebracht. Deze plastic plaatjes zijn niet de meest nauwkeurige optie maar geven wel in één oogopslag een beeld over het al dan niet toenemen van de scheurvorming. Zo kunnen ook leken op locatie deze uitlezen en op die manier eventueel gerustgesteld worden, of indien nodig actie ondernemen.

Onderzoek naar structurele problemen

Gelijktijdig met alle metingen werd de situatie van nabij opgevolgd door enkele ingenieursbureaus. In april werd er beslist om de lessen niet meer in dit schoolgebouw te laten plaatsvinden en een grondige restauratie van de benedenverdieping uit te voeren. Tijdens deze restauratie zou ook een verdere studie gebeuren naar de stabiliteit van het gebouw. In de loop van deze werken werd ontdekt dat er enkele jaren geleden vlak voor de voorgevel twee heel grote collectoren voor regenwater geplaatst werden. Hierdoor was de voorgevel instabiel geworden. Daarnaast bleek de voorgevel niet verankerd te zijn met de tussenmuren waardoor deze als een losstaand element heel makkelijk kon bewegen. Uit metingen bleek dit vooral onder invloed van de temperaturen te zijn. Beide problemen werden aangepakt door de funderingen te versterken met micropalen en een verbinding aan te brengen tussen de voorgevel en tussenmuren. Tijdens het versterken van de funderingen trad er nog een extra beweging op in de minst stabiele zone, ter hoogte van de aangebrachte regenwatercollectoren.

Nadat uit metingen bleek dat de voorgevel opnieuw een stabiele positie bereikt had kon de school opnieuw in gebruik genomen worden. Na ongeveer een jaar werden alle sensoren verwijderd.

Afspraak maken

Wil je meer te weten over monitoring of heb je zelf met zakkingen, scheefstanden of andere bewegingen te maken in een project? Maak dan afspraak.

Het Nationaal Monument op de Dam 3D in kaart door PelserHartman

PelserHartman mag haar naam weer eens verbinden aan een icoon. Deze keer niets minder dan hét Nationaal Monument op de Dam in onze hoofdstad, inclusief alle beeldhouwwerken! En daar zijn wij natuurlijk heel trots op. Een team-up met een van Nederlands meest gerenommeerde restauratiearchitecten, Van Hoogevest Architecten, droeg bij aan het winnen van de aanbesteding in 2021. Extra leuk dat ook onze partner Nico de Bont op het toneel is verschenen. Zij gaan de werkzaamheden aan het monument uitvoeren. Tot nu toe bleef het project binnenskamers omdat het een bijzonder object betreft, maar gelukkig mogen we nu de buitenwereld laten weten wat er gaat gebeuren.

PelserHartman maakt 3D scan van nationaal monument op de dam
PelserHartman brengt Het Nationaal Monument op de Dam in kaart

Behoefte aan hoge kwaliteit 3D data

Van Hoogevest Architecten is in samenwerking met PelserHartman al geruime tijd betrokken bij het aanstaande Groot Onderhoud van het Nationaal Monument op de Dam. Al in december 2020 werden wij door Van Hoogevest benaderd voor deze heel bijzondere klus. Niet alleen de bekende 22 meter hoge witte travertin zuil, maar ook al het natuursteen beeldhouwwerk daaromheen werd door ons 3D ingemeten. Dus ook de halfronde gedenkwand, alle wapens van de provincies, de twee beelden van de leeuwen en de beeldhouwwerken op de pyloon. De beelden worden echter niet gedemonteerd. Ze worden vooral goed schoongemaakt en er worden ter plaatse kleine reparaties uitgevoerd.

Voor het uitvoeren van dit unieke onderzoek en het maken van de restauratieplannen had Van Hoogevest Architecten behoefte aan betrouwbare data van een hoog niveau. Daarbij was vooral de resolutie en de beeldkwaliteit erg belangrijk.

Uitvoering 3D inmeting op 21 april 2021

Op 21 april vorig jaar was het zo ver. Een team van 4 man en verschillende soorten meetinstrumenten en fotocamera’s brachten het monument in kaart. De situatie op de Dam kun je gerust ‘uitdagend’ noemen. Het is misschien wel de meest dynamische plek van Nederland. Dit heeft een grote invloed op de manier van meten en documenteren. De tweede grote factor; natuursteen. Dit geeft vaak aanleiding voor een bijzondere aanpak door de reflectie eigenschappen van dit materiaal. Dit kan zorgen voor een verwarrende ‘dubbele laag’ in de pointclouddata.

3D inmeting Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam
3D inmeting Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam met o.a. Leica RTC360 en P40 meetapparatuur

Hoge resolutie tot in het uiterste puntje van de zuil

En dan de derde factor; de 22 meter hoge zuil waarvan tot in het uiterste puntje toch data gemaakt moet worden met een hoge resolutie. Uiteraard denk je dan meteen aan hoogwerkers of drones. Maar toch bleek de meest eenvoudige benadering ‘het maken van foto’s vanaf de grond’, de beste oplossing. Tot ieders verbazing wel. Fotograaf Ruud Peijnenburg maakte met zijn Fujifilm GFX100 foto’s van maar liefst 102 megapixels. Zelfs het kleinste detail bovenin de travertin zuil werd perfect vastgelegd op de gevoelige plaat.

Het plan en de partijen

Van Hoogevest Architecten maakte op basis van de gedetailleerde 3D inmeting en fotografische opname het plan ter verbetering van het monument. Dit betreft onder andere allerlei hoog niveau natuursteenreparaties. Dankzij de pointcloud kon er betrouwbaar tekenwerk worden opgesteld, waarbij er zekerheid was over de afmetingen van alle natuurstenen blokken en de beeldhouwwerken waaruit het Monument is opgebouwd. Hier komt de meerwaarde van een 3D inmeting duidelijk naar voren, want om dit met de hand in te meten vanaf een hoogwerker is haast niet te doen. Daarnaast werd op basis van de supergedetailleerde foto’s een betrouwbaar overzicht gemaakt van de unieke kenmerken van het Italiaanse travertin: de basiskleur, de beweging van de kleurnuances en het patroon van kleine holtes in het natuursteen. Daarmee kon in de groeve in Italië goed bijpassend travertin worden geselecteerd voor reparatie- en inboetwerk.

Het restauratieplan werd opgesteld in samenwerking met Natuursteenadviesbureau Van den Heuvel. Het groot onderhoud wordt uitgevoerd door Nico de Bont in samenwerking met Slotboom Steenhouwers, dit alles in opdracht van de gemeente Amsterdam.

Video werkzaamheden Nationaal Monument op de Dam

Planning van de werkzaamheden aan het Monument

Op 4 mei 2022 is de Nationale Dodenherdenking, waarbij er kransen gelegd worden. Deze blijven nog ruim een week liggen waarna op maandag 16 mei 2022 het project daadwerkelijk gaat starten. Naar verwachting zijn de werkzaamheden eind 2022 afgerond.

Hoogspanningsmast 3D inscannen

In Jupille-sur-Meuse mag niet gevlogen worden bij hoogspanningskabels. Daarom hebben wij daar een hoogspanningsmast ingemeten voor dronebedrijf Inflights. De uitdaging bij dit soort metingen is om goede en betrouwbare data te verkrijgen van de volledige mast. Weersinvloeden spelen hierbij een zeer grote rol. Bij een mast van 50 meter hoogte denken we goed na over hoe de best mogelijke data verkregen wordt met zo weinig mogelijk overload aan data.

3D scannen hoogspanningsmast
3D scan hoogspanningsmast

Uitvoering van de 3D inmeting

Er werden scanposities gekozen verspreid rondom de mast, waarbij telkens verder van de mast gestaan werd om ook de hogere delen zo recht mogelijk aan te meten. De Leica P40 scanner stond tot 50 meter uit de voet van de mast om bovenaan ook een maximale invalshoek van 45 graden te verkrijgen. Dit is belangrijk om betrouwbare data van hoge kwaliteit te krijgen.

Na het afronden van een algemene scan met een relatief lage resolutie maakten we een hoge resolutie selectiescan. Op deze manier krijgen we veel data van alleen de relevante delen. De omgeving was hierbij niet belangrijk.

Leica P40 scant hoogspanningsmast
Leica P40 scant hoogspanningsmast

Weersinvloeden bij scanning

Bij het inplannen van dergelijke metingen zijn de weersomstandigheden cruciaal. Met regen kan er sowieso nooit gescand worden. Bij een metalen structuur zoals deze hoogspanningsmast is de data meestal ook slecht als het metaal nat is. Hierdoor mag het gedurende de nacht ook niet geregend hebben en schijnt de zon bij voorkeur.

Ook wind kan een spelbreker zijn om alles scherp in beeld te krijgen. Als er veel wind is gaat de mast bewegen. Hierdoor zullen er tussen de scans onderling verschillen ontstaan waardoor de data “wollig” kan zijn. De individuele elementen zullen daardoor minder goed zichtbaar zijn.

Bij het inplannen van het meetwerk werden al deze factoren tot vlak voor de uitvoering scherp gemonitord om indien nodig de meting uit te stellen. Dit bleek niet het geval, tijdens de meting waren de omstandigheden ideaal.

Data-controle

Na afronden van de scanning wordt er bij de registratie heel grondig nagegaan of de data wel juist aansluiten. Door snedes op verschillende hoogtes in de puntenwolk te maken kunnen we heel goed zien vanaf welke hoogte er wijzigingen beginnen op te treden.

Na goedkeuring van de data door onze kwaliteitscontroleur kan de puntenwolk en viewer gemaakt worden om aan de klant te bezorgen.

Contact

Heb je een project waar je onze hulp bij kan gebruiken of wil je meer informatie? Neem dan contact met ons ons hoofdkantoor in Nederland of met de Belgische PelserHartman vestiging.

Contact kantoor ’s Hertogenbosch

Contact PH België

PH BLOG

NIEUWSTE BLOGPOSTS IN KENNISBANK

  • Te veel informatie door 3D laserscanning? Monumentale gebouwen of objecten in stand houden, restaureren, renoveren of verbouwen is bijzonder werk. Niet alleen

  • Verkeer, hei- of sloopwerkzaamheden zorgen vaak voor trillingen. Maar ook installaties, gaswinning en explosies kunnen de boel flink in beweging brengen. Niet